Het statuut van de tekst in het postdramatische theater
ISBN 978-90-5487-840-7
Samengesteld door Kurt Vanhoutte & Claire Swyzen, met bijdragen van Hans-Thies Lehmann, Erwin Jans, Ciska Hoet, Karel Vanhaesebrouck, Janine Hauthal, Bart Philipsen, Ronals Geerts, Christel Stalpaert, Luk Van den Dries, Ivo Kuyl, Nele Wynants, Stefan Hertmans, Charlotte De Somviele, Kurt Vanhoutte & Claire Swyzen.
Sinds de baanbrekende publicatie van Hans-Thies Lehmann is de aanduiding ‘postdramatisch’ gemeengoed geworden voor wie het theater kritisch beschouwt en er commentaren bij formuleert. Haast als vanzelf denken we dan aan toneel waarin de tekst als communicatieve basis werd vervangen door taal als leidraad, muziekscore, landschap of visueel object. Het is onmiskenbaar zo dat het beeld een centrale plaats in onze cultuur inneemt. Maar wat is er van de tekst geworden? Heeft hij nog een plaats in het eigentijdse theater? En als die plaats niet samenvalt met die van het traditionele drama, is er dan vandaag sprake van een andere functie en ervaring van taal?
Over het performatieve, het lichamelijke en het intermediale in een postdramatische context is de laatste tijd veel gepubliceerd. In vergelijking daarmee was er amper aandacht voor de rolverandering van tekst in datzelfde theater. Daarom vroegen de redacteurs van dit boek aan een twaalftal Vlaamse auteurs, dramaturgen en theaterwetenschappers om het tekstaandeel aan de hand van een concreet voorbeeld uit de theaterpraktijk te belichten.
Het statuut van de tekst in het postdramatische theater wordt ingeleid door een vertaalde sleuteltekst van Hans-Thies Lehmann en uitgeleid met een lexicon over theater en tekst. Het wil niet enkel studenten en docenten van theateropleidingen aanspreken, maar ook leerkrachten van het secundair onderwijs, professionelen uit de sector en bij uitbreiding al wie interesse heeft voor hedendaagse tendensen in de podiumkunsten.